Streekgerechten: Vogezen, Bourgogne, Baskenland en Bretagne

De Franse keuken heeft een goede reputatie. Chef koks met grote namen en gerechten met ronkende namen. In deze special gerechten uit vier Franse streken: de Vogezen, Elzas-Lotharingen, het Baskenland en Bretagne. Denken we maar aan de crêpes en de galettes, aan far breton, aan gerechten met Bresse-kip, aan boeuf Bourguignon, aan Kir Royal, tarte flambée, quiche Lorraine en gâteau basque bijvoorbeeld. In deze special kan u ontdekken hoe u al deze lekkernijen zelf kan bereiden. In deze special gerechten en specialiteiten uit vier Franse streken: de Vogezen, Elzas-Lotharingen, het Baskenland en Bretagne en als toetje een lekkere driekoningentaart, verschillend in iedere streek.

Vogezen

Deze streek in het Noord-Oosten van Frankrijk, buur van Duitsland, is erg heuvelachtig. In deze streek overheersen vooral zoete lekkernijen, met lekkere vruchten, die overal weelderig bloeien en groeien. Blauwe bosbessen en mirabellen vormen de basis van heel wat taarten,ijsjes, snoepjes maar ook van bijgerechten bij vlees. De lekkere honing wordt ook in vele gerechten verwerkt. Maar ook hun zoute specialiteiten zijn erg lekker, maar wel heel zwaar en copieus. Met de heerlijke Munsterkaas maken ze voorgerechtjes en hoofdschotels. Lekker hartig. De lokale specialiteit is de tofaille, een schotel van gestoofde aardappeltjes die je ook in verschillende tavernes kan eten wanneer je op stap bent in de bergen. Eenvoudige boerenkeuken die je de kracht geeft om verder te gaan.

Elzas- Lotharingen

Eveneens in het Noord-Oosten van Frankrijk, buur van de Vogezen. Hier toch meer Duitse invloeden, met als gevolg heel zware en hartige gerechten. Niet voor niets zegt men "leven als een Bourgondiër", want ze kennen er wat van van lekker koken. Denken we maar aan gerechten als de Flammekuche, de quiche Lorraine, etc. Veel spek, eieren en vlees in de gerechten. Met de Bresse-kip wordt een lekkere coq-au-vin bereid. Wist u trouwens dat echte coq-au-vin met heel dure wijn wordt gemaakt? Deze bevat immers minder zuren. Gebruikt men goedkopere wijn, dan zal men er soms een lepeltje suiker moeten toevoegen. Verder ook de charolais-koe waar dan weer een heerlijke pot au feu mee wordt bereid. Gerechten waar men toch wel wat tijd moet insteken en die niet zomaar op één-twee-drie klaar zijn. De lokale specialiteit peperkoek wordt ook geregeld aangewend in gerechten om er een kruidige toets aan te geven. Als drank een lekkere Bourgogne-wijn en als aperitief aan lekkere kir of kir royal. Wat wil een mens nog meer?

Bretagne

Helemaal aan de andere kant van Frankrijk, helemaal in het westen. Een heel andere keuken ook. Veel lichter, iets minder geraffineerd. Crêpes en galettes bijvoorbeeld, met zout of zoet beleg. Heel veel boter in de gerechten ook. Vroeger was de zoete boter een bewijs van rijkdom. Arme mensen hielden het bij zoute boter. Immers het zout deed de boter langer goed blijven, zodanig dat men minder vaak boter moest kopen. Zoete boter moest sneller opgegeten worden en dus alleen mensen die het zich konden veroorloven konden geregeld boter kopen. Maar dat onderscheid is nu volledig verdwenen. Nu gebruiken ze de boter, de amann, te pas en ten onpas. Denken we maar aan al de vette nagerechten zoals de far breton en de kouign amann. Daarnaast heel veel schotels met producten uit de zee. De fantastische schotels met zeevruchten, maar ook heel wat gerechten met de lokale specialiteit, de Sint-Jacobsschelp. En de agneaux de pré salé, een lekkernij op zich. Deze schapen grazen in de omgeving van bijvoorbeeld de Mont-Saint-Michel, daar waar het gras vaak onder het zeewater staat. Hierdoor krijgt het gras een zoute smaak en dus ook de lammetjes die van het gras eten.

Baskenland

Hier een aantal zoete nagerechten: een gâteau basque, een béret basque, merveilles en een tourtière. De keuken uit het Baskenland is lekker, maar niet erg verfijnd. Sommige taarten zijn nogal droog. In de bergen moet men zich behelpen met wat men in huis heeft of met wat men kan krijgen.

Driekonningentaart

En wat dacht u van een lekkere driekoningentaart? Niet echt bepaald uit één streek, want iedere streek heeft zowat zijn eigen variant. Met noten, met gekonfijt fruit, met amandelpasta. Rond, vierkant, in tulband. U vindt ze in alle maten en gewichten, maar allemaal hebben ze een ding gemeen: er zit een boon (le fève) in! De persoon die de boon vindt in zijn stukje taart, mag zich koning of koningin noemen. Een leuk en familiaal gebruik!

Heel veel kookplezier en smakelijk!